Wat is het verschil tussen een 3-draads- en een 4-draadsaansluiting?
4-draadsaansluiting
Sentera-sensoren van types -F en -H vereisen een voedingsspanning van 24 VDC en een 4-draadsaansluiting.
Ze kunnen worden aangesloten met een 4-aderige elektrische kabel: 2 draden voor de voedingsspanning en 2 draden voor het uitgangssignaal. De massa-aansluiting van de voedingsspanning en van de analoge uitgang zijn galvanisch gescheiden in de sensoren van het type -F. Daarom hebben ze een 4-draads aansluiting nodig.

Een 4-draadsaansluiting vermindert het risico op elektrische interferenties, aangezien de voedingsspanning en het uitgangssignaal volledig gescheiden blijven.
3-draadsaansluiting
Sentera-sensoren van type -G vereisen een voedingsspanning van 24 VAC of 24 VDC en een 3-draads aansluiting.
Sentera-sensoren van types -F en -H vereisen een voedingsspanning van 24 VDC en een 4-draadsaansluiting.
Ze kunnen worden aangesloten met een 4-aderige elektrische kabel: 2 draden voor de voedingsspanning en 2 draden voor het uitgangssignaal. De massa-aansluiting van de voedingsspanning en van de analoge uitgang zijn galvanisch gescheiden in de sensoren van het type -F. Daarom hebben ze een 4-draads aansluiting nodig.

Een 4-draadsaansluiting vermindert het risico op elektrische interferenties, aangezien de voedingsspanning en het uitgangssignaal volledig gescheiden blijven.
3-draadsaansluiting
Sentera-sensoren van type -G vereisen een voedingsspanning van 24 VAC of 24 VDC en een 3-draads aansluiting.
Ze kunnen worden aangesloten met een 3-aderige elektrische kabel. De massa-aansluiting van de voedingsspanning (V-) is intern verbonden met de massa van de analoge uitgang (GND). Dit wordt een "gemeenschappelijke massa" genoemd. Dit betekent dat er slechts 3 draden nodig zijn om de voedingsspanning en de analoge uitgang aan te sluiten. Vanwege deze gemeenschappelijke massa kunnen sensoren van het type -G en -F niet samen op hetzelfde netwerk worden gebruikt.
Om deze reden kunnen -G- en -F-types niet samen op hetzelfde netwerk worden gebruikt. Sluit de gemeenschappelijke massa van -G-sensoren nooit aan op andere apparaten die worden gevoed door een gelijkspanning. Dit kan permanente schade aan de aangesloten apparaten veroorzaken.
Om deze reden kunnen -G- en -F-types niet samen op hetzelfde netwerk worden gebruikt. Sluit de gemeenschappelijke massa van -G-sensoren nooit aan op andere apparaten die worden gevoed door een gelijkspanning. Dit kan permanente schade aan de aangesloten apparaten veroorzaken.